En jouw dochter? Trekt die dat ook?
Mijn dochter (3).
Ik zie nog die mevrouw van het consultatiebureau met haar ogen ronddraaien toen ik zei: ‘We maken altijd verre reizen’.
Lotus-Loveday? Ja, natuurlijk trekt die dat. Die zag mantaroggen, grote groepen haaien en pijlstaartroggen vanaf de speedboot. En haar moeder die ertussen snorkelde. En nee, dat vindt zij niet eng.
Ze wil ook niet meer douchen thuis. Nee, ze wil búiten douchen. Net als in de Malediven op de veranda van de watervilla in Finolhu. Ze eet het liefst rijst, gestoomde groenten en tonijn. Natuurlijk, ze lust ook pizza en pasta met tomatensaus.
Bij Milk Lab haalden we samen een ijsje. Op het strand bij het huisrif heeft ze een uur lang naar de krabbetjes die met huisje en al rondlopen, gekeken. We wandelden over het eiland, genoten van de bomen, de planten en de bloemen. We slenterden over de steigers en spotten vissen, groot en klein.
Ze zat op de veranda van ons huis, de water villa een tekening van vissen te kleuren. Lama (haar knuffel) moest ook zien hoe mooi de zee hier is. We zaten samen in de Beach Bubble, zij kon niet geloven dat het een tent was. Ze smeerde zich in met zonnebrand, van top tot teen. O nee, dat was geen zonnebrand dat was scheerschuim. En maar lachen.
Bij de White Party kregen we allebei een tattoo. Zij van een roze flamingo, ik een blauwe haai. We keken naar de Aerial Arts en de Vuurshow. We gingen naar de bioscoop en aten popcorn samen. Wat heeft het personeel van Finolhu fan-tas-tisch voor haar gezorgd. Altijd lekker eten, altijd een bedje maken van twee stoelen als ze in slaap viel. Een bakje vers fruit, een smoothie, een ijsje, een pannenkoek. Een bakje watermeloentjes. Altijd attent naar haar, vragen hoe het met haar was, hoe háár dag was. Een speciale beker, een extra lepeltje, niks was hen te gek. Echt zo geweldig, zo gastvrij, het kan niet beter.
Iedere ochtend weer genoten we van de turquoise zee. Iedere avond van de zonsondergang.
Ze vindt het strand in Nederland bah. En de zee hier koud.
Laatst zei ik: ‘Schatje vrijdag gaan we naar het strand, in Burgh-Haamstede.’
‘O,’ zei ze, ‘gaan we dan met het watervliegtuig?’